Vanaf de leeftijd van 50 jaar is er niet alleen een geleidelijke afname in fysieke activiteit, maar ook in cognitieve vaardigheden. Deze twee zijn met elkaar nauw verbonden. Maar wat beïnvloedt wat? Heeft fysieke activiteit invloed op je hersenen of is het andersom?
Studie
Om deze vraag te beantwoorden gebruikten onderzoekers uit Zwitserland een database van meer dan 100.000 mensen in de leeftijd van 50 tot 90 jaar uit meer dan 25 landen. Hun cognitieve vaardigheden en fysieke activiteit werden 5 keer gemeten over een periode van 12 jaar. De cognitieve vaardigheden werden gemeten met behulp van een verbale vloeiendheid test (zoveel mogelijk dieren benoemen in 60 seconden) en een geheugentest (onthouden van 10 woorden en ze daarna opnoemen). Hun fysieke activiteit werd gemeten op een schaal van 1 (“nooit”) tot 4 (“meer dan eens per week”).
De onderzoekers gebruikten de gegevens uit deze tests in drie afzonderlijke statistische modellen.
In het eerste model keken ze of lichamelijke activiteit de verandering in cognitieve vaardigheden in de tijd voorspelde.
In het tweede model onderzochten ze of cognitieve vaardigheden de verandering in fysieke activiteit voorspelden.
En in het derde model testten ze de invloed van lichamelijke activiteit en cognitieve vaardigheden op elkaar.
Resultaat
Dankzij een statistische index ontdekten ze dat het tweede model het meest nauwkeurig de mentale en fysieke conditie van de deelnemers weergaf. Hieruit volgt de conclusie dat de invloed van cognitieve capaciteiten op de fysieke activiteit groter is dan andersom, zoals tot nu toe in wetenschappelijke literatuur wordt gerapporteerd.
Er is namelijk in eerdere studies een positieve relatie gevonden tussen fysieke activiteit en geheugen en tussen fysieke activiteit en groei en overleving van nieuwe neuronen. Daarom werd verondersteld dat fysieke activiteit de achteruitgang van cognitieve vaardigheden voorkomt. Uit de resultaten van recente onderzoeken blijkt dat ook je hersenen betrokken zijn bij fysieke activiteit. De resultaten van deze studie zijn niet alleen een bevestiging hiervan, maar ook een wetenschappelijk bewijs dat cognitieve vaardigheden meer invloed hebben op de lichamelijke activiteit, dan andersom.
Conclusie
Wanneer je boven de 50 bent en graag de natuurlijke achteruitgang van je mentale en fysieke conditie effectief wilt vertragen, moet je prioriteit geven aan het trainen van je hersenen en dan pas aan het trainen van je spieren.
Lees een volledig wetenschappelijk artikel van 23.03.2020 hierover